Rouwfasen en rouwtaken
(Volgens William Worden; Verdriet en Rouw)
Kinderen en jongeren rouwen op andere wijze dan volwassenen. Ze zijn in staat op snel te schakelen, gaan sneller over tot de orde van de dag. Ze hebben behoefte om de dingen voor zichzelf op een te rijtje zetten en de gebeurtenissen te verwerken. Volwassen beleven het verdriet zeer intens.
Kinderen en jongeren zijn in staat om het verdriet te parkeren. Dat kan zijn dat ze zich niet veilig genoeg voelen om het te uiten, of dat ze hun ouders niet willen belasten. Soms komt het er uit op het moment dat de ouder net een beetje rust gevonden heeft.
Rouwen is een zwarte taak, die met veel emoties gepaard gat. Het verdriet moet verwerkt worden en het leven opnieuw opgepakt. Rouw verloopt niet volgens een standaard programma. De fasen lopen door elkaar heen; je kunt weer terugvallen in de vorige fase als je door iets getriggerd wordt. Er is ook geen tijdsplan per fase. Voor iedereen verloopt het verschillend.
Taak 0: Je leert omgaan met verdriet; ontmoeten
Tijdens je leven zijn er allemaal momenten waarop je de pijnlijke kanten van het leven ervaart. Je moeder laat je alleen, je poes gaat dood, je beste vriendin gaat verhuizen. Je moet leren omgaan met verdriet en teleurstelling. Hoe hebben je ouders dat voorgeleefd? Mochten er tranen zijn of wordt er direct naar een oplossing gezocht? Hier wordt de basis gelegd voor de rest van het leven.
Taak 1: Beseffen dat de ander echt dood is; erkennen
De eerste taak is om te erkennen, onder ogen te zien, dat iemand gestorven is. Om te beseffen dat iemand gestorven is, helpe het om met de overledene geconfronteerd de worden. Als er geen gelegenheid is voor een kind of jongere om goed afscheid te kunnen nemen van de overledene, kan dit het rouwproces verlengen.
De werkelijkheid onder ogen zien is moeilijk; soms denk je dat je de overledene nog ziet. Het erkennen van het verlies is een moeizaam proces.
Taak 2: Omgaan met de warboel aan gevoelens; herkennen
Kinderen en jongeren herkennen het verlies door de pijn die ze voelen. Volwassenen willen de pijn toedekken, willen de kinderen beschermen tegen het verdriet en de pijn. Dit kan niet, zij moeten de pijn voelen om het ervaren van het verlies te verwerken. Toedekken, vermijden en beschermen verlengt het rouwproces. Als kinderen zich niet veilig voelen kunnen emoties zich psychosomatisch uiten of in ander gedrag.
Deze rouwtaak gaat over het herkennen, uitdrukken en verwerken van deze gevoelens.
Taak 3: Verder leven met het gemis én met de herinneringen; verkennen
Hor is de omgeving veranderd door het overlijden? Wat betekende de persoon voor het kind of jongere? Het verlies moet een plek krijgen in het leven. Soms nemen kinderen taken en verantwoordelijkheden van de overledene over. Herinneringen zijn belangrijk bij deze rouwtaak. Kinderen en jongeren leven voort met herinneringen, ze putten er troost uit. Ze zijn tegelijkertijd bang dat ze dingen vergeten van de overledene; hoe klonk de stem of welke grapjes maakte hij altijd? Samen praten over de herinneringen steunt de kinderen. Stimuleer ze de herinneringen vast te houden op een manier die bij hen past. De omgeving is veranderd door het overlijden. Het verkennen van de nieuwe omgeving leert de jongere hoe hij verder kan leven zonder de overleden persoon. Hij richt zich weer op de toekomst.
Taak 4: Het leven weer oppakken met die ander in je hart; verbinden
Pas als het kind in staat is om de overledene een plaats te geven in zijn emotionele leven, is er ruimte om nieuwe relaties aan te gaan. Sommige durven dat niet goed; uit angst de overledene tekort te doen of omdat ze bang zijn opnieuw iemand te verliezen.
Bij deze taak gaat het om het verbinden van het leven toen met het leven van nu. Nieuwe relaties oppakken zonder je schuldig te voelen ten opzichte van de overleden persoon.
Heb je vragen of wil je meer informatie ontvangen? Neem dan contact op via de contactpagina.